Mesopische visie

Mesopische visie is de overgangsmodus tussen fotopische (daglicht) en scotopische (nachtzicht) visie. Dit treedt op bij schemerlicht of andere situaties met matige verlichting, zoals tijdens de schemering of in een slecht verlichte ruimte.

Kenmerken van mesopische visie:

  • Gecombineerd gebruik van kegeltjes en staafjes: Beide soorten lichtreceptoren in het netvlies werken samen, maar met een verschuivende dominantie.
  • Beperkte kleurwaarneming: Kleuren worden minder intens waargenomen, omdat de kegeltjes minder actief zijn.
  • Verhoogde gevoeligheid voor blauwgroen licht (~507 nm): Dit komt doordat de staafjes (die bij zwak licht actiever worden) gevoeliger zijn voor deze golflengte.
  • Afname van scherpte: Omdat staafjes minder goed details waarnemen dan kegeltjes, neemt de resolutie iets af.
  • Verschuivend zicht: Je kunt soms merken dat objecten beter zichtbaar zijn als je er net naast kijkt, omdat staafjes meer aan de rand van het netvlies zitten.

Voorbeelden van mesopische visie in de praktijk:

  • Rijden in de schemering: Het duurt even voordat je ogen zich aanpassen aan de veranderende lichtomstandigheden.
  • Straatverlichting en nachtverlichting: Verlichtingsontwerp houdt vaak rekening met mesopische zichtomstandigheden om de zichtbaarheid te verbeteren.
  • Astronomie en nachtkijken: Bij weinig licht kun je objecten beter zien door er net naast te kijken (averted vision), omdat je dan meer gebruik maakt van de staafjes.